zaterdag 18 januari 2014

In Arnhem komt de participatiesamenleving op gang

Vanaf 1 januari 2015 komt veel professionele hulp en zorg die nu vanuit de AWBZ wordt gegeven aan mensen met een hulpvraag, via de Wmo. Gemeenten voeren die Wmo uit. Dat gaan ze doen met minder geld dan beschikbaar was via de AWBZ. Daarom gaan ze eerst na of een hulpvrager hulp kan regelen via familie, kennissen of buurtbewoners. Die 'participatiesamenleving' waarin we meer met elkaar moeten regelen, vraagt om een andere houding van hulpvragers, professionele hulpverleners, familieleden en wijkbewoners. Gaat dat werken? 


In Arnhem en omgeving experimenteert men in zogenoemde Proeftuinen om uit te vinden hoe die participatiesamenleving zou kunnen werken.
'Herstel in de Wijk' is zo'n proeftuin, die speelt in St. Marten, Klarendal, Duiven en Westervoort. Mensen die voor een groot deel afhankelijk zijn van professionele zorg vanwege een fysieke of verstandelijke beperking, sociale of psychische problemen, blijven langer in hun eigen omgeving wonen of verhuizen uit een instelling terug naar een huis in de wijk. Daarnaast moeten zij weer deel gaan uitmaken van hun gewone woonomgeving. Projectleider Kitty Penninga: "In de proeftuinen oefenen we hoe we mensen met een beperking het beste in de wijk kunnen opvangen en zelfstandiger kunnen laten zijn dan voorheen. Jammer dat dit met bezuinigingen in verband wordt gebracht, want ik vind dit een mooie beweging. We sluiten mensen niet uit, plaatsen ze niet aan de rand van de samenleving, maar doen een beroep op wat ze wél kunnen en vragen hen bij te dragen aan hun eigen sociale omgeving. Dat heeft met zingeving te maken. Ik voel dan ook weinig weerstand in de proeftuinen, ook niet bij zorgprofessionals die soms een stap terug moeten doen."  


Idyllisch: wijkbewoners samen aan het werk  in de wijkmoestuin.
Maar waarom zouden we dat niet doen? 
















Netwerk van de hulpvrager
Penninga onderzoekt hoe de proeftuinen werken op drie hoofdpunten:
1. Lukt het professionele zorginstellingen om goed gebruik te maken van de kracht en mogelijkheden van de wijk en de netwerken van de hulpvragers?
2. Hoe werkt de inzet van ervaringsdeskundigen? "Mensen die zelf als cliënt ervaringen hebben in de zorg, kunnen geschoold worden om anderen te helpen. Zij herkennen vaak sneller dan professionele zorgverleners wat er met iemand aan de hand is."

3. Werkt het principe van wederkerigheid? "Iets doen voor een ander, voor je wijk, geeft zelfvertrouwen. Kijk, als je hulp ontvangt, wat jij voor iemand anders kunt doen. Ergens oppassen, dassen breien voor Oost-Europa, een tuin onderhouden... er zijn talloze mogelijkheden. Hoe weinig het ook lijkt, als alle betrokkenen er baat bij hebben, komt het de gelijkwaardigheid ten goede. Dat is belangrijk voor de eigenwaarde van mensen."
 
C
oach voor jongeren
In Westervoort is op initiatief van het welzijnswerk een project gestart voor jongeren die meer steun nodig hebben dan hun ouders kunnen geven. "Ze kunnen bijvoorbeeld vragen hebben over school- of beroepskeuze of te maken hebben met onrust in het gezin. Als jongeren erom vragen, kunnen ze gekoppeld worden aan een coach; een gewone volwassene uit hun eigen buurt, géén professionele zorgverlener. Ook zorginstellingen willen graag van zo'n coach gebruik maken als een jongere na een periode van intensieve begeleiding weer zelfstandiger verder gaat, maar nog wel steun kan gebruiken."

Velen gaan de uitdaging aan
Kitty Penninga volgt ongeveer twintig proeftuinen en is optimistisch over de bereidheid van mensen om in de buurt iets voor een ander te doen. "Natuurlijk zijn er ook negatieve reacties - ik wil geen gekken en gehandicapten in mijn wijk -, maar velen durven de uitdaging aan te gaan. Het is telkens zoeken hoe je die mensen bereikt, op welke manier het voor mensen plezierig is en blijft om in hun omgeving iemand te helpen en zelf geholpen te worden. Wat motiveert mensen om iets te doen voor mensen met wie ze geen familiaire of vriendschappelijke band hebben?
Ook bij professionele zorgverleners schuurt het soms. "Velen worden door bezuinigingen met ontslag bedreigd en zien dat hun rol gedeeltelijk door een ervaringsdeskundige wordt overgenomen. Dat doet natuurlijk pijn."


Buiten de lijntjes
Voorzichtig vooruitkijkend, zegt Penninga: "Er gaat veel creativiteit loskomen. We moeten buiten de lijntjes durven kleuren en verbindingen maken. Professionele instellingen weten vaak niet wat in wijken al gebeurt en waar ze goed bij kunnen aansluiten. Buurtbewoners en vrijwilligersorganisaties kunnen ze dat vertellen. Dus moet je die twee met elkaar verbinden. Ik zie hierin een belangrijke rol voor opbouwwerkers 'nieuwe stijl': met hun kennis van de wijk en z'n bewoners kunnen zij de verbinding zijn tussen zorgprofessionals, hulpvragers en de buurt."
Wat als het misgaat, iemand vereenzaamt, zieker wordt, overlast veroorzaakt? "Dan kunnen wijkbewoners terecht bij de professionele wijkteams. Op de achtergrond is er altijd een professionele zorgverlener als 
vangnet voor de vrijwilligers."

Meer info: www.proeftuinenregioarnhem.nl  

Volgende blog over de participatiesamenleving: Klarendallers doen al veel samen. Later dit jaar zal ik geregeld bloggen over concrete 'participatie-activiteiten' in de wijken.   



Geen opmerkingen:

Een reactie posten